UMBRA - BJARGRÚNIR

Artiest info
Website
facebook
label: CPL Music

Ik beken, lezer: de IJslandse muziekscene is mij grotendeels onbekend, maar tegelijk moet en mag ik zeggen dat het onbekende mij muzikaal zelden afschrikt en dus ging ik met open vizier en dito oren luisteren naar deze “Bjargrúnir” van de vrouwengroep Umbra. Dit ensemble bestaat sinds een jaar of acht en werd opgericht door vier professionele muzikanten, die bij elkaar een gemeenschappelijke noemer ontdekten: hun liefde voor oude muziek. De vier dames hebben namen, die bij mij alvast als muziek in de oren klinken: Alexandra Kjeld speelt staande bas, Arngerdur Maria Arnadóttir bedient zich van Keltische harp, Indisch harmonium en orgel, Gudbjörg Hlin Gudmundsdóttir speelt (alt)viool en percussie en Lilja Dögg Gunnarsdöttir speelt fluiten van allerlei slag en alle vier zingen ze.

De tijd en het samenwerken leerden hen al gauw, dat hun gemeenschappelijke liefde hen niet tot de oude muziek beperkte, maar dat ook meer hedendaagse en zelfs nieuwe composities hen als gegoten zaten en met die vaststelling gingen ze aan de slag. Daar kwam in 2018 een eerste plaat van, “Out of Darkness” en iets later dat jaar was er “Solstitium”, een plaat die hen een bekroning opleverde voor “IJslandse Plaat van het Jaar”. Een jaar later was er “Llibre Vermell”, die al evenzeer genomineerd werd bij de lokale MIA’s, maar het net niet haalde.

Eind vorig jaar was er dan een digitale Kerst-EP,” Yuletide” getiteld en meteen de aanleiding waardoor ik de groep op het spoor kwam. Voor deze vierde plaat vonden de dames onderdak bij het gereputeerde Nordic Notes-label van de intussen stilaan onmisbare Christian Pliefke, die al menig artiest uit het Noorden van Europa aan de rechtmatige bekendheid geholpen heeft, vanwege een distributie die ertoe doet en die poorten opent naar radiostations en concertpromotoren over heel ons continent.

De dames -“engelenstemmen” is een understatement- zochten en vonden deze keer inspiratie in verscheidene bronnen: oude platen en opnames van Idunn, alias de IJslandse Rimur Society, de collectie folksongs van Reverend Bjarni Porsteinsson, het boek dat Véstein Ólason over de folkballades schreef, tapes die ontleend werden aan het Nationaal Museum of Iceland en het Árni Magnússon Institute en een aantal privé-collecties.

Samengevat: de vrouwen gingen op zoek naar volksmuziek, die al heel lang van generatie op generatie doorgegeven wordt en die, meer dan waarschijnlijk -wegens niet altijd van in den beginne opgeschreven- wel eens wijzigingen ondergingen, het fenomeen dat wij hier ook gekend en geweten hebben via de Vlaamse Liedboeken en het werk van mensen als Hubert Boone en Paul Rans.

Maar…zelfs ondergetekende herkende de melodie van bij voorbeeld “”Karlamagnúsakvædi” en van “Meyarmissir’, wat flink wat bijdroeg tot het appreciëren van een plaat waar de schoonheid elke seconde van afdruipt; de vrouwen zingen onvoorstelbaar prachtig en de arrangementen zijn van een subtiliteit, die je als vanzelf met een kerkomgeving associeert. Dit is gevonden vreten voor mensen die van zang houden en de tijd willen nemen om zich in stemmenpracht onder te dompelen!

(Dani Heyvaert)